In het Prognosemodel zorg en welzijn zijn twee scenario’s beschikbaar: een Referentiescenario en een scenario Referentie + stelselwijziging kinderopvang. In het Referentiescenario is alleen rekening gehouden met demografische ontwikkelingen plus trends die zichtbaar zijn in de realisatiecijfers. In het scenario Referentie + stelselwijziging kinderopvang zijn daar bovenop de verwachte effecten van de stelselwijziging kinderopvang meegenomen. Het Referentiescenario wordt als basis weergegeven op de dashboards.
Voor het Referentiescenario is de zorgvraag bepaald op basis van demografische ontwikkelingen en andere trends die zichtbaar zijn in de realisatiecijfers. Voor de meeste zorggebruikindicatoren is 2023 het laatste realisatiejaar. In afstemming met branche-experts en de begeleidingscommissie van het prognosemodel zijn aannames gedaan over de verwachte ontwikkeling van het zorggebruik.Verder is in de 2024-editie van het prognosemodel opnieuw gekeken naar de arbeidsproductiviteitsontwikkeling. Op basis van de beschikbare informatie wordt uitgegaan van 0,3 procent arbeidsproductiviteitsverbetering per jaar voor de curatieve branches, 0 procent voor de ‘care-branches’ en 0,1 procent voor de branche Overige zorg en welzijn. Wat betreft het ziekteverzuim is in voorgaande edities van het prognosemodel verondersteld dat het verzuim zou dalen naar het niveau van voor corona. Omdat de daling van ziekteverzuim niet lijkt door te zetten wordt in de nieuwe prognose verondersteld dat het verzuim in de prognosejaren stabiliseert op het niveau van eind 2023.Deze aannames zijn terug te vinden in de verantwoordingsdocumentatie onderaan deze pagina.
In dit scenario zijn de effecten van de verwachte invoer van een nieuw financieringsstelsel voor kinderopvang in 2027 doorgerekend. Ook de maatregelen in aanloop hiernaar toe zijn in dit scenario opgenomen. Hiermee omvat het scenario de effecten van:
Nationale ramingen van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) vormen de basis om het effect van dit beleid in het scenario Referentie + stelselwijziging kinderopvang op te nemen. SZW neemt steeds aan dat het beleidseffect voor 40% tot uiting komt in het jaar van invoering, 40% in het daaropvolgende jaar en 20% in het tweede jaar na invoering.
Aan de basis van de raming van SZW ligt de aangenomen prijsgevoeligheid van ouders ten grondslag. Deze prijselasticiteit, in de basis gebaseerd op onderzoek van het CPB, is hoger voor paren en het sterkst voor paren met uitsluitend kinderen op de buitenschoolse opvang. ABF heeft hier rekening mee gehouden bij het berekenen van de regionale effecten van het invoeren van de inkomensafhankelijke vergoeding. De effecten op het aantal peuters in de kinderopvang zijn beperkt, omdat deze leeftijdsgroep ook nu al vaak gebruik maakt van de dagopvang of de peuterspeelzaal.
In de besloten online tool bestaat de mogelijkheid om zelf scenario's te bouwen en te laten doorrekenen. Vervolgens kunnen de resultaten van de eigen scenario's worden vergeleken met andere scenario's. Het bouwen van een eigen scenario is gespecialiseerd werk, bedoeld voor arbeidsmarktonderzoekers. Om toegang te krijgen tot de scenariomodule moet allereerst de instructievideo worden bekeken. Vervolgens kan via het contactformulier toegang tot de scenariomodule worden aangevraagd.